26 november 2007

fragmenten (christina)

op het laatste nippertje nog mijn fragmenten: Helaasheid der dingen: p190 vanaf 'Zo. Gaan we eraan beginnen?' tot p193 "'Zou je nu niet onploffen!' zei onze Herman." (het stuk waar de demente grootmoeder een dronkemansliedje moet zingen) Een prachtig en hilarisch fragment. Ik kan moeilijk met de juiste woorden uitleggen hoe geweldig ik dit vind en waarom. Dus doe ik het maar niet. Het hele boek is eigenlijk een uitleg van waarom dit zo een mooi stukje is, en ik wil dit niet verpesten door dit met mijn eigen woorden uit te leggen. Maar jullie weten ongetwijfeld wat ik bedoel! Mevrouw Verona daalt de heuvel af Er zijn al heel erg treffende fragmenten en citaten gekozen op deze blog,. ik ben het helemaal eens met jullie keuze. Een ander mooi stukje vond ik dat van het onweer. p98. Maar het mooiste was toch de laatste paginas. Je weet het hele boek dat het eraan komt en toch is het nog helemaal anders dan je had verwacht, heel aangrijpend. tot straks! ik kijk er naar uit en ik heb ook al honger

25 november 2007

Citaten uit Mevrouw Verona...Uit Mevrouw Verona daalt de heuvel af’ (Annemie)

Uit Mevrouw Verona daalt de heuvel af’ p.20 'Beneden beschreef de rivier zijn weg in kalligrafische krullen, in sierlijke majuskels waarvan men sinds het gebruik van het schrijfklavier haast geen weet meer had. En terwijl ze naar dat landschap keken overwogen ze of ze de eenvoudige schoonheid ervan zouden blijven verdragen, of ze op den duur niet zouden worden meegesleept door de eenzaamheid van deze omgeving…..' p.53 'Hier zou zij blijven, en haar schoonheid zou verhabbezakken van de worsten die zij samen met de anderen vrat aan de oevers van de Gemontfoux. Zij bleef, wetende dat de heuvel later haar calvarie zou worden, en ten slotte zelfs haar harde contract met de eenzaamheid….En de dag waarop het nieuws hier door de heuvels trok, Mevrouw Verona blijft!, Mevrouw Verona blijft! hebben de mannen zingend vlokken schuim op de rivier gepist.'

Dimitri Verhulst - citaten gekozen door Marleen

Alle kossems, villegiaturen, vergauweloosden en kokkerullende meisjes ten spijt, heb ik gekozen voor twee eenvoudiger citaten:

Er was hun huis, en er was Oucwègne. Vol dorpelingen die ze niet kenden en die hermetisch durfden te leven volgens de vertellingen van stedelingen. Een sprong in het duister zou het worden. ‘Hier zou ik kunnen sterven’ zei ze, en Meneer Pottenbakker stak een sigaret op voor dat raam, liet zijn blik rusten op een myriade eeuwenoude bomen met basten die hem nog onbekende insecten een winterwoning boden. ‘Ik zou het denken’, had hij geantwoord. ‘Hier kun je ongelukkig zijn. We zouden gek zijn dit huis niet te nemen.’ p 20

‘Er is geen soepbeen, jongen, waarheen jij mij volgt.’ Maar dat leek hem niet te deren. ‘Eigenlijk zouden we eerst nog een goede woning voor jou moeten vinden.’ Ze had willen uitgaan als een licht, rustig, en zonder effecten. En nu drong het tot haar door dat simpel sterven keihard werken is, en dat er nog veel gevraagd zou worden van haar eer deze sneeuw gesmolten was, de rivieren voorjaarsachtig waamden en de vroegelingen onwetend het eeuwige leven uitschreeuwden. p 71

Uit Mevrouw Verona daalt de heuvel af, zoals je kan zien. Al heb ik eigenlijk meer genoten van De helaasheid der dingen, maar het is al wat langer geleden dat ik dat gelezen heb en dus vond ik het net iets moeilijker om daar zo direct de meest treffende citaten uit op te vissen.

Tot morgen, Marleen

Citaten en comments van Anneleen

Mevrouw Verona daalt de heuvel af Dimitri Verhulst Een dun boekje, maar absoluut een meesterwerk! Zo kun je dit boek het best beschrijven. Bij het lezen moet je je hoofd erbij houden want het bestaat uit prachtig aaneengeweven citaten die je één voor één zou kunnen inkaderen en vol eenvoudige waarheden over het leven zitten. Alles is doorspekt met een subtiele vorm van humor die je af en toe doet glimlachen. Het was dan ook niet eenvoudig er enkele citaten uit te kiezen. ‘Liefdeslang en niet langer zou een leven mogen duren’ (p. 100) Dit vat eigenlijk heel het verhaal samen voor mij. De man van mevrouw Verona is doorheen heel het boek aanwezig. Wanneer hij zich het leven ontneemt, is haar leven eigenlijk voorbij. Na dit citaat staat er dat de cello aan een nieuwe laag lak toe is. Wat er verder in die 20 jaar gebeurde is vaag en lijkt geen rol te spelen voor mevrouw Verona. Het idee van die cello vind ik ook erg aangrijpend. Het feit dat ze die laat maken uit het hout van die welbepaalde boom. Ze heeft een soort haat-liefde-verhouding met het instrument. Ze is ervan overtuigd dat de klank erg lelijk zal zijn, maar laat op het instrument toch telkens opnieuw een laag lak aanbrengen. Net zoals de dood van haar man een deel van haar leven geworden is, is ook de cello een deel van haar leven. De gelijkenis met en mens wordt bovendien benadrukt doordat het geluid vergeleken wordt met een menselijke stem. Een sprong in het duister zou het worden. ‘Hier zou ik kunnen sterven, ‘ zei ze, en Meneer Pottenbakker stak een sigaret op voor dat raam, liet zijn blik rusten op een myriade eeuwenoude bomen met basten die hem nog onbekende insecten een winterwoning boden. ‘Ik zou het denken,’ had hij geantwoord. ‘Hier kun je sterven, en hier kun je ongelukkig zijn. We zouden gek zijn dit huis niet te nemen.’ (p.20) Ik vind het spijtig dat dit nadien verder toegelicht wordt. Het is ook zo gewoon een mooie gedachte dat je een plek moet kiezen om te wonen waar je ook ongelukkig moet kunnen zijn en kunnen sterven. Zo denken we meestal niet, maar eigenlijk is dit belangrijker dan de vraag ‘kan ik hier gelukkig zijn?’. Bij het herlezen van het fragment viel het me op dat dit ook anders geïnterpreteerd kan worden. Meneer Pottenbakker kijkt naar de bomen als hij zegt dat hij hier zou kunnen sterven. Is dit een verwijzing naar wat er later gebeurt? In dit fragment kwam ik, net als in heel wat fragmenten uit het boek, woorden tegen die ik niet kende (myriade). Dit heeft me op geen enkel ogenblik gestoord omdat je uit de context vaak de betekenis kon verstaan en deze woorden bovendien erg mooi klonken. Een prachtig boek dat ik zeker nog eens zal herlezen! Anneleen

Citaten van Belle

hierbij twee stukjes uit Verhulst. Uit De helaasheid der dingen:(vanwege het ongelofelijke cynisme en zelfhaat. 'Men is toch altijd een beetje klootzak wanneer men een vrouw met een kind laat zitten, maar dat komt omdat je veel te weinig klootzak was om die vrouw te verlaten toen je haar nog niet met kind had volgestampt.' Uit Mevrouw Verona daalt de heuvel af (vanwege de kleurrijke cluster van prachtige beelden in één zin) 'Terwijl men vrolijk dronken raakte en de ballen alsmaar verder van het cochonet tot stilstand kwamen, beten de vissen zich vast in de lijnen die men her en der in de rivier had uitgelegd, waarna men de beesten grilde en veroberde uit het vuistje, hun graten haast oneerbiedig uitspuwend op de grond.'

citaten mevrouw Verona

Twee citaten uit een heel mooi boekje. 1 een ode aan de taal met heel veel Vlaams in en aan de stijl van Verhulst - Toen de vergauweloosden nog verliefden waren... (blz. 48) - Was het de geur van vlees of was het volgzaamheid die maakte dat er ergens op het kerhof een hond naar marmer blafte op de dag dat de laatste rustplaats van Meneer Pottenbakker uitgevademd was? (blz. 49) - De hellingsgraad was er zodanig dat Ravel meermaals als de cascadeur in een circusact door zijn lochting strompelde, en de verhuizers die zijn spullen vloekend naar boven sjouwden verwensten een piano met een vleugel die geen vlerk kon zijn. (blz. 51) - Want zijn de veel te jonge weduwen in de verhalen altijd modellen uit de toonzaal van de schepping, het is hier niet anders. Wij zullen zuinig zijn op de inkt en het papier en ons hier beperken tot haar rode haren die in lokken schaafkrullen tot op haar schouders hingen, haar teint van eierschaal, haar zonneogen op een eeuwig middaguur, haar slankheid en beweeglijkheid, haar alles ontgrendelende lach zuiver als wiskunde die de gevoeligsten soms tijdelijk verlamde, de onredelijke benen die dit alles piëdestalden, en alle bijhorende vormen die een mens daarbij verzinnen kan. (blz. 53) - .... 2 Inhoudelijker Mevrouw Verona wierp met dit gebaar haar rouw af, ze was klaar voor een nieuw leven. Natuurlijk, niemand kreeg een nieuw leven, dat was maar een manier van zeggen. Het leven immers was niet zoiets als een stuk tekst waaronder men een lijn kon trekken om in hetzelfde schriftje verder te gaan met een compleet nieuwe tekst. Maar men bood zich graag die illusie aan wanneer de trouw aan een herinnering de moed om verder te leven in de weg stond. Opnieuw beginnen, alles indelen volgens hoofdstukken omdat die af te sluiten zijn, en voor zichzelf blijven vasthouden hoe makkelijk dit is.

22 november 2007

Mevrouw Verona: het citaat van Jan

Mevrouw Verona daalt de heuvel af

Het citaat:

‘Straks zou het weer gaan sneeuwen en geen slee zou voren trekken in het wit. Zij keek een laatste maal het bos in, en zag hoe het zich na haar geliefde weer had zien te schikken naar zijn eigen smaak. De oorlogen tussen de mossen en de schorsen werden sedert jaren weer openlijk bedreven, de iepen stierven staande en wortels woelden in colère de wereld om. Vastbesloten te revancheren, de planeet opnieuw te regeren, zijn chaos te installeren waarin niemand maar een logica kon zien, was het bos begonnen met woekeren. En het was prachtig. De mens: ze hadden hem nooit uit het water mogen laten kruipen. Misschien was het een gunst van haar hersens die haar toestonden dat laatste nog te denken alvorens zelf te sterven.’ (p. 33)

Maandag zal ik met veel plezier wat uitleg verstrekken bij mijn keuze, zittend of staande, in colère of in rust, alnaargelang, en niet helemaal onafhankelijk van de hoeveelheid spiritueuze stoffen die mijn hersenactiviteit op dat uur van de avond bevorderen hetzij afremmen, godver, ik ben hier aan een zin begonnen waar ik niet uit geraak geloof ik, ik geraak erin verstrikt gelijk in de wortels van een uit de kluiten gewassen iep - Kleine, haal boven eens mijn tanden, dat ik die mensen hier een beetje deftige uitleg kan geven!

Tot dan,

Jan

de helaasheid der dingen

Enkele ideeën rond 'De helaasheid...' die bij me opkwamen tijdens het lezen. 1) Hij mythologiseert eigenlijk de wereld en zijn jeugd; dat is al duidelijk te zien in de inleidende citaten. De grootmoeder wordt veel meer dan een gewone plaatsvervangende moeder; zij wordt een soort oerverzorgster. De broers worden in hun drinkers-zijn bijna oermensen. Op de koop toe mythologiseren ze zelf nogal wat; denk maar aan Roy Orbison of de Ronde van Frankrijk. Dat geeft een extra en eigenlijk wel boeiende dimensie aan dit Vlaamse realisme over de achter/onderkant van de maatschappij. 2) Hij doet dat ook met de taal waarmee hij de miserie verwoordt. Hij maakt gebruik van volkstaal, maar creëert daar een eigen taal uit die de poëzie van de miserie aangeeft, soms bijna de lelijkheid tot schoonheid maakt. 3) Verhulst heeft daarbij een eigen stijl, een eigen taal die je kunt vergelijken met andere schrijvers (sommigen noemen hem de nieuwe Boon, maar dat klopt qua taalgebruik toch niet echt). Die stijl leest erg aangenaam, heeft een eigen ritme (en dat vindt Verhulst blijkbaar erg belangrijk) en geeft de dingen een eigen dimensie. De ironie (is het dat wel?) geeft het lezen nog een extra dimensie. Je weet niet helemaal hoe de verteller precies staat tegenover de wereld; hij is ook een Verhulst en verdedigt de wereld van de Verhulsten, maar staat er ook wat buiten naar te kijken. Ironie heeft soms diezelfde houding. Ook die mytholigisering is soms grappig (Ronde van Frankrijk), maar niet alleen dat. Wat soms stoort is de vertellerscommentaar (soms beoordeling) die iets te veel voorkomt. 4) Verhulst is een vakman in de opbouw van zijn verhalen (bv. Franky) en in het leggen van verbanden tussen de verhalen (bv. de hond die losgebroken is). Soms vind ik het iets te doorzichtig. De opbouw van het geheel is erg duidelijk; op het einde is de verteller de wereld ontgroeid en heeft hij een pijnlijke confrontatie met de eigen ex-wereld die (getuige de laatste zin) toch blijft doorwerken. 5) Het boek is misschien iets te lang in het midden. Hoe goed geschreven en vermakelijk ook, soms was het iets te veel herhaling. Als ik de tijd vind, krijg je ook enkele ideeën over 'Mevrouw Verona'. Tot maandag Rudi

18 september 2007

On chesil beach

Altijd boeiend bij McEwan is zijn taalbeheersing en stijl. Hij kan over ongeveer alles fascinerend schrijven of het nu een squashwedstrijd is of klassieke muziek of een busrit door een stad. Zijn verwoordingskracht, zijn taalbeheersing is enorm. Hij kan, in tegenstelling tot zijn personages, wel de woorden voor de subtiliteiten bij mensen vinden. Erg goed gedaan is hoe hij hun de mislukte relatie uitwerkt: van alle kanten krijg je informatie (hun opvoeding, het tijdskader, hun privé-leven, hun karakter, hun verleden...) en toch kun je niet alles vatten, blijven er tragische vragen. Is zij frigide, want op een bepaald moment wordt zij toch eventjes opgewonden; is er in haar verleden iets gebeurd; is zij niet zo intellectueel-muzikaal bezield dat ze daar een opwindende ervaring heeft en dat die voor haar volstaat; .... Ook hun liefde is iets geks; waarom worden zij juist verliefd op elkaar (coup de foudre - onbegrijpelijkheid van de liefde - waren ze er op dat moment rijp voor - ...). En dan mislukt alles door een ongewilde reactie van enkele seconden. Die poging om vat te krijgen op het leven, maar tegelijkertijd de mislukking van die poging omdat er zo veel kleine zaken, zo veel toevalligheden mee spelen, is boeiend aangepakt. Knap gedaan is de perspectiefwisseling; na een tijdje gok je, weet je wat de ander aan het denken en voelen is. Op het einde laat hij de verdere levensloop bij Florence ook gewoon weg en kan je, als lezer, invullen. Vandaar dat ik het einde eigenlijk niet nodig vind. Ze hebben inderdaad pech dat het 'maar' 1962 is en dat nadien de 'seksuele revolutie' uitbreekt, maar dat kon je zelf wel invullen. Het leek me leuker te zijn om gewoon voor je zelf uit te maken of ze beiden nu een gelukkige toekomst zouden krijgen, of deze gebeurtenissen grote wonden hadden geslagen.... Bij Florence doe je dat ook; je vult voor je zelf in of ze ooit een mooie seksuele ervaring heeft gekend of ze een relatie met iemand is durven beginnen.... Nog boeiend is vaak de beschrijving hoe ze iets anders willen zeggen of doen, maar hoe er iets innerlijks is dat hen belet dat te doen of te zeggen, een kracht/drift die groter is dan hun wensen om het allemaal goed te doen. En zo mislukt hun leven. Wat minder goed was, was die verteller. Hij probeerde zo veel uit te leggen met een soort auctoriële toon, dat het soms lichtjes irritant werd. Ik had ook vaak het George Eliot-gevoel of een Jane Austen-indruk. Dat is wel positief, maar deels ook negatief; ik waande mij soms in een roman uit de negentiende-eeuwse traditie, met alle positieve, maar soms ook negatieve connotaties vandien en dan vooral dat vertelstandpunt, die controle die uitgaat van die verteller. Ook al lukt zijn alles omvattende verklaring niet helemaal, toch is er die hang naar controle van al die dingen. Opgeteld een erg mooi boek over de fataliteit van een tijdskader en van enkele seconden. Rudi

17 september 2007

Aan Chesil Beach

Enkele beschouwingen bij On Chesil Beach Ian McEwan 'Annus Mirabilis' Sexual intercourse began In nineteen sixty-three (which was rather late for me) - Between the end of the Chatterley ban And the Beatles' first LP. Up to then there'd only been A sort of bargaining, A wrangle for the ring, A shame that started at sixteen And spread to everything. Philip Larkin Tijd en setting; protagonisten Zomer 1962; Kust van Dorset (UK) Post-war Engeland Oxford, Chiltern Hills, Chesil Beach Tussen twee tijdperken in, net voor sexuele bevrijding en permissiviteit van 70-ies Edward (23) en Florence (22) op huwelijksreis Edward: zoon van onderwijzer en geestelijk gehandicapte moeder. Beloftevolle toekomst Florence: upper middle class. Gedreven violiste. Beschermd opgevoed. Vrij emotieloze en kille omgeving. Allebei meer dan intelligent, maar emotioneel weinig schrander. Thematiek Hoe onwetendheid catastrofale gevolgen kan hebben E.en F. als slachtoffers van hun tijdsgeest, opvoeding, klasse en afkomst. ‘Zo kan dus een hele levensloop worden veranderd – door niets te doen.’ (p.153) Gemiste kansen door een onuitgesproken woord of nagelaten gebaar. Onschuld, naïveteit, zelfbedrog, verloren kansen en foute beslissingen Onmogelijkheid van échte communicatie? Ballast van Victoriaanse moraal Stijl/ structuur/ literaire analyse Novelle Wisselend personaal perspectief Volmaakte spanningsopbouw Klassiek drama in 5 scenes: 1. bruidskamer in Dorset; catastrofe dreigt, hangt in de lucht 2. wat vooraf ging: kennismaking en voorgeschiedenis van twee protagonisten. Rol van het toeval! Mislukking was al vooraf aanwezig. 3. terug in de hotelkamer: rampzalige mislukking van de huwelijksnacht; detailbeschrijving van het hopeloze geklungel. Florence woedend én radeloos af. 4. Herinneringen aan het jaar dat voorafging. Edward zoekt verklaringen voor fiasco. Vertrekt naar het strand. 5. Confrontatie op avondlijke strand. Verloren kansen…Hoe het Edward verder vergaat. Typisch McEwan: toon afwisselend geestig en tragisch, afstandelijk en vol medeleven Zin voor het relevante detail Dissectie van een relatie met ongelooflijke precisie Focus op minuscuul universum: het universele achter het particuliere Beelden: p. 75: ‘ze had zich in een soort onbehaaglijke droomtoestand gestort die haar hinderde als een ouderwets duikpak in diep water. Haar gedachten leken niet van haarzelf – ze kreeg ze via een slang, gedachten in plaats van zuurstof.’ Metafoor van strand: land en water ontmoeten elkaar(bekend en onbekend) en van grotere en kleine keien op het strand. Citaten p.23: ‘Hun verkering was een pavane geweest, iets wat zich statig ontvouwde, gebonden aan protocollen die nooit werden afgesproken of verwoord, maar algemeen in acht werden genomen. Niets werd ooit besproken – maar ze voelden het gebrek aan vertrouwelijke gesprekken ook niet. Dit waren onbenoembare, onbeschrijflijke dingen. (….) maar het was nog niet gebruikelijk om jezelf in alledaagse termen te beschouwen als een raadsel, als een oefening in verhalende geschiedenis of als een probleem dat wachtte op een oplossing.’ p.153: ‘Met liefde en geduld – had hij beide nu maar tegelijk bezeten – zouden ze het samen vast hebben gered. (….) Zo kan dus een hele levensloop worden veranderd – door niets te doen.’ p.7: ‘Ze waren jong, welopgevoed en allebei nog maagd op deze avond voor hun huwelijksnacht, en ze leefden in een tijd dat een gesprek over seksuele problemen ronduit onmogelijk was. Maar eenvoudig is dit nooit.’ Mijn appreciatie Een boek dat me niet bij de eerste lezing kon overtuigen. Het vertelmateriaal leek me wat mager, bijwijlen voyeuristisch, opgeklopt… Maar… na een tweede en derde keer ontdekte ik toch hoe McEwan een minitragedie als deze meesterlijk én gereserveerd in een universeler kader zet. Ik werd getroffen door de dubbelheid van wrange ellende en milde humor, en door het immense mededogen en de eindeloze melancholie. Vooral de uitgekiende compositie (5 bedrijven) en de zuinige stijl vond ik geniaal. Ook de manier waarop de twee karakters, met hun gelijklopende en toch totaal verschillende verwachtingen, in al hun clumsiness hun grote en echte liefde willen bezegeld zien… van een grote ontroering. Slimme verspringing van perspectieven, ook, zonder nadrukkelijkheid. Prachtige evocatie van een tijd, tussen twee era’s gevangen. Net voor swinging London, sex, drugs en Rock and Roll Hoe McEwan ons in het ongewisse laat over Florence’s toekomst… knap gevonden en tilt het boek boven voorspelbare middelmatigheid. Veel blijft ongezegd. Fascinerend spel van aantrekken en afstoten. Trage ritme voert spanning op. Annemie Leysen

06 september 2007

Boekentips

Dag lezers! Wat leuk dat er een nieuwe bijeenkomst in zicht is. Ik kijk er al echt naar uit!! De afgelopen zomer heb ik heel wat gelezen en er zitten wel wat boeken bij die ook de moeite kunnen zijn voor ons leesclubje. Ik vermeld ze kort:
  • "Valstrik" (Sonya Hartnett)
  • "Echt Lili" (Valérie Deyre)
  • "De geschiedenis van de liefde" (Nicole Krauss)

Momenteel ben ik bezig in "Het jaar dat de zigeuners kwamen" van Linzi Glass. Ben er nog niet helemaal doorheen, maar het is tot nu toe echt de moeite. Dan heb ik ook nog "Aan de rivier" van Steve Herrick liggen, waar ik veel van verwacht.

En verder kijk ik uit naar nieuw werk van Aidan Chambers, David Almond en Jan Simoen.

Maar eerst nog een naar Chesil Beach! Ik wil gerust ook zorgen voor enkele zoetigheden bij het dessert - geef maar een seintje indien wenselijk

04 juli 2007

Readcom meeting in Ankara - Juni 2007

Hier een paar foto's van onze trip naar Ankara. Gastheer Mustafa, de poolse coördinatoren en de bezoekende officials zitten de meeting voor. En uiteraard is de Belgische delegatie er helemaal klaar voor. Meer foto's vind je via deze link. Marleen

13 juni 2007

Vragen van An De Vos voor de Ankara meeting

Here are two very urgent questions. - Why does Pamuk feel the need to *elaborate* on the genesis of the White Castle, the intertextuality in the book... - Is the Pamuk way of telling a story indebted to an oral or 'Eastern' way of telling? An De Vos

Module 'De witte vesting'

Intercultural Reading: Suggestions for Discussing Orhan Pamuk, The White Castle By Annemie Leysen As the READCOM project also includes Turkish partners, it was decided that each participating partner of the project would read and discuss a book by the 2006 Nobel Prize winning Turkish author, Orhan Pamuk. The Flemish Reading Circle chose to read and to discuss The White Castle, as this novel is the most accessible for a non-Turkish and dual audience of young readers and adults. Aims and objectives To get acquainted with Orhan Pamuk, the Turkish Nobel Prize winning author To get acquainted with Turkish political and cultural history of the Ottoman Empire To discover cultural differences and similarities between East and West by reading a Turkish novel To explore the theme of the doppelgänger Duration 90 minutes Materials · Copies of Orhan Pamuk, The White Castle · www.orhanpamuk.net · Interviews with Orhan Pamuk · (Historic) map of Turkey · Internet Activities and strategies Expressing personal reading experiences Discussing style and content of the novel Discussing the themes ‘East-meets-West’, ‘identity’ and ‘impersonation’ Creative activities 1 Reading experience 1.1Experience of reality Possible questions for discussion: · Can you compare something in the plot with something you have seen, read, heard before · Is this a realistic story, based on historic facts, in your opinion? Or would you rather call it a fable/a tale. Why? · Have you read stories or novels about exchanging identities before? · Have you been in Turkey? If so, do the atmosphere and the setting in this book remind you of what you have seen or heard of contemporary Turkey? · Turkey is a possible European Community Member State. What do you know about the ongoing discussion about the membership? · Pamuk is a controversial author in Turkey, because of his political statements. Would you call The White Castle a political novel? 1.2Talking about personal reading experiences (personal level) Possible questions for discussion General · Which adjectives would best describe your reactions to the book? (e.g.: sad/happy; interested/bored; moved/indifferent; difficult/easy to understand…) · Which parts of the novel did you like best? · Try to summarize in one sentence what the novel is about. · Which is, in your opinion, the crucial sentence/passage in the book? Can you explain why? Compare your choice with the choice of your group members and discuss the differences/ similarities. Specific Subject/theme · Did you find the subjects/themes (East-West; Doppelgänger; impersonation) of the book interesting? · Were the subjects/themes well developed? · Did you have sufficient historic or literary knowledge to understand the novel? Would you advise readers to find information about Turkish political history or literary motives before reading the book? · Did the novel arouse your interest in these themes? · Would the information below on the Ottoman Empire be helpful for a better understanding of the novel? [Britannica Concise Encyclopedia- Ottoman Empire Former empire centred in Anatolia. It was named for Osman I (1259 – 1326), a Turkish Muslim prince in Bithynia who conquered neighbouring regions once held by the Seljuq dynasty and founded his own ruling line c. 1300. Ottoman troops first invaded Europe in 1345, sweeping through the Balkans. Though defeated by Timur in 1402, by 1453 the Ottomans, under Mehmed II (the Conquerer), had destroyed the Byzantine Empire and captured its capital, Constantinople (now Istanbul), which henceforth served as the Ottoman capital. Under Selim I (r. 1512 – 20) and his son Süleyman I (the Magnificent; 1520 – 66), the Ottoman Empire reached its greatest peak. Süleyman took control of parts of Persia, most of Arabia, and large sections of Hungary and the Balkans. By the early 16th century the Ottomans had also defeated the Mamluk dynasty in Syria and Egypt; and their navy under Barbarossa soon seized control of much of the Barbary Coast. Beginning with Selim, the Ottoman sultans also held the title of caliph, the spiritual head of Islam. Ottoman power began to decline in the late 16th century. Ottoman forces repeatedly besieged Vienna. After their final effort at taking the Austrian capital failed (1683), that and subsequent losses led them to relinquish Hungary in 1699. Corruption and decadence gradually undermined the government. In the late 17th and 18th centuries the Russo-Turkish Wars and wars with Austria and Poland further weakened the empire, which in the 19th century came to be called the "sick man of Europe." Most of its remaining European territory was lost in the Balkan Wars (1912 – 13). It sided with Germany in World War I (1914 – 18); postwar treaties dissolved the empire, and in 1922 the sultanate was abolished by Mustafa Kemal Atatürk, who proclaimed the Republic of Turkey the following year.] Events · Which was the most important event in the novel, in your opinion? Why? · Did any events described in the novel make you think? · Did you have to fill in gaps in the novel? Did the author leave a lot to your imagination? Did you find that interesting/annoying? Characterization · Are the main characters (the Venetian student and the Hoja; the Sultan) in the book recognisable? · Are they credible; do you believe in them? · How do you feel about the exchange of identity between the narrator and his master? · Have you ever had such a look-alike or ‘alter ego’ experience? How did that affect you? Structure · Is there a clear plot in the book? Or is there a mixture of several stories? · Can you appreciate that? · The story is told through the eyes of the Venetian slave. How does that affect your reading experience? · Whom did you most sympathise with (master or slave)? · What do you think of the ending? Did you find it surprising? Does everything fall in its place? Do you like the way the book ends? Why/ why not? Time/setting · Is the time (17th century) in which the story is situated of any relevance/importance? Is time well described? · Is the setting in which the story is situated (Constantinople/Istanbul) important? Is it well described? Language · Did you find the text difficult to read? If so, why was that? · Did you find the narrative style too long-winded, bombastic, lengthy? Or did you find it to the point, straightforward, suggestive, well chosen…? Explain. · Does Orhan Pamuk’s narrative style differ from the literary styles you are used to? · Does the language match with the characters and the subject? 1.3Literary Analysis (technical level, connected to personal reading experience) Thematic - Theme of identity and of the Doppelgänger The idea of impersonation, of becoming somebody else, often crops up in Pamuk’s fiction. Pamuk explains it as follows in an interview: “It’s a very personal thing. I have a very competitive brother who is only eighteen months older than me. In a way, he was my father- my Freudian father, so to speak. It was he who became my alter ego, the representation of authority. On the other hand, we also had a competitive and brotherly comradeship. A very complicated relationship. (…) I felt jealousy towards him, and he was jealous of me too. He was the reasonable and responsible person. (…) While I was paying attention to games, he paid attention to rules. And I fancied being him, that kind of thing. Envy, jealousy,- these are heartfelt themes for me. (…) I’m not saying I’m a victim of jealousy. But this is the galaxy of nerve points that I try to deal with all the time. And of course, in the end, it becomes the subject matter of all my stories. In ‘The White Castle’, for instance, the almost sadomasochistic relationship between the two main characters is based on my relationship with my brother.” · Can you recognize any of Pamuk’s comments above in the relationship between the Hoja and the narrator? · How would you describe the relationship between the two main characters? · What would the Hoja be jealous of? · Would you call the relationship between the main characters ‘sadomasochistic’? If so, can you give some examples? · From the beginning and throughout the novel it is suggested that the narrator and the Hoja will exchange identities. Can you find examples of these hints in the book? · The ‘White Castle’ in the Carpation Mountains, that the sultan’s army tries unsuccessfully to storm, is situated in Doppio. Do you think the name of that location has a symbolic meaning? · Who is going to Italy, in the end, and who is staying behind in Turkey, in your opinion? Is there a clear answer to that question? · At the end of the novel, the sultan says to the Hoja: ‘Was it not the best proof that men everywhere were identical with one another that they could take each other’s place?’ How do you understand this quote? - East-meets-West Orhan Pamuk in an interview: “ The theme of impersonation is reflected in the fragility Turkey feels when faced with Western culture. After writing ‘The White Castle’, I realised that this jealousy – the anxiety about being influenced by someone else – resembles Turkey’s position when it looks west. You know, aspiring to become Westernized and then being accused of not being authentic enough. Trying to grab the spirit of Europe and then feeling guilty about the imitative drive. The ups and downs of this mood are reminiscent of the relationship between competitive brothers.” · The Hoja seems obsessed with mastering the European culture, techniques and sciences: his Italian slave has to instruct him in astronomy, medicine, engineering, mathematics, ‘everything that was taught in my country.’ How would you explain that obsession? · The American critic Christopher Lehmann-Haupt described The White Castle as an ‘Antidote for East-West despair’. ‘There occurs a transcending blending between what Mr.Pamuk apparently sees as the too inner-directed West and the too outer-directed Middle-East.’ Do you agree with that statement? Can you find examples of that duality in the novel? · In the novel, two characters lose their own autonomous identities and merge into one. Can this be understood as a symbol for overcoming the national differences between the Turkish and the European culture? · The reactions to the plague that is sweeping Istanbul are very different. How do the sultan and the Hoja react to it? What does the narrator want to do about it? Do these reactions tell us something about the contrasts between Islamism and Western rationalism? · Is the ‘Western’ education the Hoja organizes in school and in the private tutoring of the young sultan successful? Does it tell you something about the differences between East and West? (prognostication versus science…) · The ultimate military weapon, a product of Western engineering, invented by the Hoja, gets caught in the mud during the siege of the White Castle in the Carpathians, in the Christian Europe. What does this fiasco tell you? · The context of The White Castle is the glorious period of the Ottoman Empire. Do you think this is a relevant choice? · The White Castle has been described by a critic as emphasising ‘on the artificial character of national and personal identity’. Discuss this statement. Point of view · The story is told from the point of view of the Venetian slave. What effect did that choice have on your reading experience? · Could the story be told from the point of view of the Hoja? Would that make it a completely different story? · Who is the narrator at the end of the novel, in your opinion? What makes you think so? Structure · In what way does the author inform his readers? Does the reader have an advantage/disadvantage as to his/her knowledge of events? · Which techniques does the author use to create tension? What is the effect? · What is the function of chapter 11 (the last chapter was, according to the narrator, added 16 years after finishing the book)? Characterisation · Are the characters of the slave and the Hoja round or flat? (Are they types or do they change in the course of the narration?) · Can you make a portrait of one of the characters? Did Orhan Pamuk give the reader a clear view of the physical appearance of his characters? · How would you describe the ambivalent relationship between the Hoja and the slave? Can you discover changes in it throughout the novel? · Give three adjectives that describe the main characters. · Have you noticed any changes in the characters as they grow older? Time and Space · Did the author tell the story in a chronological order? Did he use flashbacks or flash forwards? · What effect did that choice have on your reading experience? · What effect does the description of the Oriental setting have on the story? How did the author reach that effect? · How many years are described in this novel? Style · Describe the most important characteristics of the style in this book. · Does the author have a typical style? In what way? (suggestive/descriptive/ cryptic/ elaborate…) · What does the image of ‘the white castle’ stand for, in your opinion? Could you find other images in the novel? · Ohran Pamuk, like his characters, is obsessed with narrative. Near the end of the novel his narrator asks: ‘Wasn’t inventing and listening to diverting stories the pleasantest part of life?’ Did you find the stories in the novel ‘diverting’? Media Bring reviews of the book you found on the Internet and indicate where you agree/disagree with the reviewer. Give arguments! Try to find the report of the Nobel Prize Jury 2006. Do you agree with the arguments? Would this book be good material for a film? (possibilities; problems?) Compare this book to films, series on the same subject, theme… Look for an interview with the author of the book (newspaper, internet, television…). How does it help you to understand the book? Look for information on the Turkish culture. How does that help for a better understanding of the book? Find websites with information on Orhan Pamuk. Give your opinion on the quality of the websites (content, presentation). Get in touch with other readers (students) who read the same book (on the internet). React to their comments. Start a conversation about the book via the internet (via any communication network). Discuss themes, quality… Creative activities Give comments on the cover of the book. Does it tell you a lot about the content? Is it well done? Design an alternative cover for the book that reflects the main themes. Identify with one of the characters of the book and react to a particular situation. Write it down or roleplay it The White Castle has an open ending. Write a short chapter as a sequel to the book or as an alternative ending to chapter 11. Rewrite a scene of the book from the point of view of the Hoja or the sultan. Which film actor would be perfect in the role of the Venetian slave/ the Hoja? Why would you choose him? Make a news item on the book or on the controversial author Orhan Pamuk. Film it on videotape and show it to the other participants. Put five objects in a box that could be linked to the book. The link should be indirect, suggestive… Choose music that relates to the book. Bring it to the reading session and explain your choice. Read an extract from The Double by F.Dostoevsky and try to find similarities/differences. Crossover Which elements in the book will appeal to young adult/to adult readers? Why? What makes this book rather difficult to read for young readers? (Content? Style and structure?…) Why would this book be more/less attractive to adult readers? Annemie Leysen

De witte vesting

De witte vesting - Orhan Pamuk Ook ik moet toegeven dat het me moeite koste om De witte vesting te lezen. Ik grijp al niet gemakkelijk naar historische romans en zeker niet als deze zich afspelen in "donkere tijden". En donker, somber, deprimerend zijn nu net de woorden die in me opkomen als ik aan dit boek denk. Van de donkere slavenkerkers verhuist het hoofdpersonage naar het huis van de Hodja, dat mij erg benauwd overkomt. Deels omdat hij er dag in dag uit opgesloten zit, alleen of met de Hodja, wiens frustratie over de vermeende westerse voorsprong op wetenschappelijk gebied voortdurend in de lucht hangt. Maar vooral omdat Hodja en slaaf daar wel erg duistere spelletjes spelen met elkaar en elkaar op de duur gek maken. Aan de "waarom ben ik ik" sessies en aan de Hodja die zijn slaaf tijdens de periode van de pest voortdurend op de huid zit, kunnen ze geen van beiden ontkomen. Vanaf dan begint het verhaal steeds meer te cirkelen rond het thema van identiteitsverwisseling, op zo'n manier dat ik er zelf behoorlijk gedesoriënteerd van geraakte. Dat dit verhaal leidde tot een nederlaag met een gedrochtelijk donker wapen in een somber en mistig moeras, kwam helemaal niet als een verrassing. Het verbaasde me zelfs dat het verhaal daarna nog verder ging en dat nog beschreven werd hoe ze lang en gelukkig elkaars leven verder leidden. Het is opmerkelijk dat de Hodja de ptolemaeische sterrenkunde bestudeerde. Dit terwijl de heliocentrische sterrenkunde toch al zijn intrede gedaan had (Copernicus (1473 – 1543) en Kepler (1571 – 1630)) en er toch meer dan één vage allusie op verwacht kon worden. Anderzijds leefde ook in de tijd van Kepler de controverse tussen astrologie en astronomie enorm. Horoscopen en toekomstvoorspellingen spelen ook in dit verhaal een belangrijke rol (vb. hoe de slaaf de interesse van de Padisja hiervoor uitbuit). Op wetenschappelijk gebied moet dit een erg boeiende periode geweest zijn, jammer dat dit in De witte vesting niet zo wordt overgebracht. Dit sombere verhaal is erg traag en uitgesponnen geschreven en humor of lichtere passages zitten er niet in. Dit maakte dat de draad niet al te zeer verliezen en het boek uitlezen tot het einde toch echt wel een inspanning was. Marleen Van Cleemput

Tirza

TIRZA TiRza lezen is me goed bevallen. een meeslepend verhaal dat je een hele tijd in de ban kan houden. prachtige nietszeggende dialogen tussen dochter en vader, tussen Jörgen en echtgenote (die overigens geen naam krijgt toebedeeld). Het lijkt allemaal zo luchtig, maar eigenlijk is het allemaal bijzonder zwaar. Grappige dialogen tussen echtgenote en Hofmeester, niet echt verbaal agressief, wel tragisch en beschavend. Hoever kan je gaan in je gedrag en handelingen, hoe ver reiken de mogelijkheden om de duivelse gedachten te verbannen en niet tot daden te doen overgaan. In ieder van ons schuilt een moordenaar. Hoe getroubleerd / aangetast kan een mensenziel zijn ? Hoe verdorven is onze maatschappij ? Is leven slechts een illusie ? Het hele gezin gaat gebukt onder de “terreur” van Hofmeester. Een ongetwijfeld wijs man die zijn daden welbepaald afhandelt, maar hier en daar toch struikelt. Niet altijd volhardt in de dingen, terwijl het moorden dan weer wel een harde daad van wild en weldoordacht terreur is. Zijn lot in andermans handen geven. Knap was het wisselen van hand vasthouden met Kaisa. In de “township” werd hij geleid door haar en niet omgekeerd. Hofmeester is ook hard tegenover het “vreemde” / “andere” in de westerse samenleving : huurder, Atta. Langs de andere kant is hij milder als hij in Namibië rondtrekt. Woorden – zinnen kloppen en zorgen voor de juiste tragiek en dramatiek. Hele boek tot afreis naar Namibië is een heel lang voorspel. Boeiend. Er gebeurt op zich weinig, maar dat deert niet. Slot in Namibïe mocht best langer en was wat teveel van hot naar her (letterlijk in de reis). in het begin komt de terugkeer van de echtgenote ongelegen. Jörgen Hofmeester is slachtoffer en heeft zich de hele tijd goed gehouden. Maar hoe meer het verhaal vordert enig minpunt : aantal kleine zaken die snel afgehandeld werden (affaire esther – huurders – bezoek moeder Kaisa) maar eigenlijk komt alles wel terug op het einde. Als hij telkens weer verklaart dat hij wilt verdwijnen, de liefde heeft afgezworen. behoefte om zichzelf weg te cijferen als ouder (aanvang boek) / behoefte om te verdwijnen (einde boek) Danny Theuwis

01 juni 2007

Verwachitngen niet ingelost

Eindelijk zou ik eens een boek van Pamuk lezen! Een historische roman waarin een slaafgemaakte Venetiaanse intellectueel geconfronteerd wordt met de Islamcultuur van het oosten en onder druk wordt gezet zijn geloof af te vallen. Ja, dat ligt mij wel. Dacht ik. Maar al na enkele pagina’s zat ik daar met de handen in het haar, want wat was dat nu voor een boek? Een stijl die helemaal de mijne niet is, vol eindeloze vergelijkingen en beschrijvingen, nergens eens een houvast van duidelijkheid, met van die ongrijpbare personages. Alles bij elkaar: een weinig voldoeninggevende leeservaring. Met veel moeite en discipline lukte het me dan toch om de eindpagina te halen. En ja, de Oost-West confrontatie, de inwisselbaarheid van identiteiten, het psychologische spel tussen slaaf en meester, technologische ontwikkelingen, allemaal onderwerpen die me op zich zouden boeien, maar niet in de vorm die de witte vesting kreeg. Klinkt allemaal wat dramatisch. Maar nee, hoor, ben al bij al erg blij dat ik een boek van Pamuk heb gelezen. Frederika

30 mei 2007

“De Witte Vesting” een roman voor de literatuur-elite… De inleiding van “De Witte Vesting” deed me hopen een spannende historische roman voorgeschoteld te krijgen, spijtig genoeg deden de eerste pagina’s van hoofdstuk één die droom te niet. Wat ik wel kreeg waren ellenlange beschrijvingen, slaapverwekkende gedachtegangen, wetenschappelijk uiteenzettingen, filosofische overpeinzingen en twee identiteiten… Twee identiteiten die samen komen - door omstandigheden - tot één symmetrische beeld, symbolisch aan beide zijden van een tafel gezet. Vervolgens zie je de twee identiteiten versmelten tot één geheel en merk je aan verschillende details dat ze elkaars rol gaan overnemen. De ene wordt de andere, de andere wordt de ene. Uiteindelijk weet je zelf niet meer wie de verteller van het verhaal is. Tijdens het lezen van “De Witte Vesting” heb ik me vaak afgevraagd waarom Pamuk een nobelprijs voor deze roman gekregen heeft. En omdat ik zelf het verhaal niet helemaal kon vatten en mijn uiterste best moest doen om er ook nog maar iets van te kunnen volgen, kon ik niets anders bedenken dan dat dit een roman voor de – wat ik zo graag noem - literatuur-elite is. Geoefende lezers met een grote kennis van de belangrijkste werken uit de literatuurgeschiedenis, achtergrondkennis van filosofie, psychologie, geschiedenis, actualiteit… En wat blijkt uit de epiloog…ik krijg gelijk. De roman bulkt van de verwijzingen naar verhalen van belangrijke auteurs (Servantes, Hoffmann, Dostojewski…), zit vol filosofische gedachten (Kepler), steunt op bedenkingen van grote denkers/uitvinders (Leonardo Da Vinci)… en heeft daarom een nobelprijs gekregen. Dat er buiten de literatuur-elite ook nog mensen bestaan die lezen om zich te ontspannen en daarbij liever niet in slaap vallen, heeft men vergeten… An Paeps
Orhan Pamuk, De witte vesting. Oninneembaar (voor jongeren)?

‘Saai, saai, saai’, waren de eerste adjectieven die me door het hoofd schoten na een tiental pagina’s Pamuk. En ik spiekte zowaar even tersluiks hoeveel pagina’s er nog te gaan waren. Ik begreep plots beter wat sommige van mijn studenten doormaken wanneer ze voor hun opleiding Nederlands‘leeslijstboeken’ tegen heug en meug tot zich moeten nemen. ‘Zo saai, mevrouw, ik kan er echt met mijn gedachten niet bij blijven’… En toch werden, naarmate de lectuur vorderde, mijn gevoelens genuanceerder. Steeds meer kreeg ik het gevoel dat ik de code niet bezat om dit boek te appreciëren. Ik stond als het ware zelf voor een schitterende vesting, maar de poorten bleven gesloten. Mijn gewone leeswapens voldeden niet. Het dubbelgangermotief, de bizarre relatie tussen meester en slaaf (en wie is wie?), de schildering van het 17de-eeuwse Istanbul, de zoektocht naar jezelf in/en de ander, het kon me nochtans op zich echt wel boeien. Maar tussen mij en een prettige lectuur stonden o.a. de wel erg slome verhaaltred, de vele uitweidingen, het geforceerd overkomende spel met literaire topoi (zoals het gevonden manuscript), de volstrekte afwezigheid van dialogen. Ik dacht toen aan wat ik wijsneuzig aan mijn studenten zeg wanneer het ‘saai saai saai’-bezwaar weerklinkt: misschien staat dit boek gewoon te ver af van het bekende, moet je zelf wat meer moeite doen om ‘in’ het boek te komen. Het lijkt me inderdaad het uitzoeken waard op welke punten Pamuk precies de Westerse lezer teleurstelt, en waar dat dan mee te maken kan hebben. Zou een situering van Pamuk in een meer ‘Oosterse’ verteltraditie misschien een heel ander licht op zijn roman werpen? Vanuit mijn eigen negatieve ervaring met het boek, vroeg ik me in het algemeen af in hoeverre dit boek voor-reeds enigszins voor literatuur geïnteresseerde- jongeren misschien wel een erg interessante verrijking van hun leesleven zou kunnen zijn. Men zou hun kunnen vragen van precies aan te geven waar hun baal-ervaringen bij het lezen van boek vandaan komen, en op die manier een soort collectief verwachtingspatroon van ‘goede’ literatuur kunnen construeren. Misschien zou dit soort oefening zelfs kunnen passen in een project ‘intercultureel literatuuronderwijs’, waarin ook wel film betrokken kan worden. Ook biografische info (b.v. over de relatie tussen de auteur en zijn broer, die gelijkenissen vertoont met die tussen de slaaf en de Hodja’) en gegevens over de genese van het boek (cf. wat Pamuk zelf vertelt in de epiloog) kunnen beslist een nieuw licht op Pamuks werk werpen. Jongeren kunnen in het beste geval op die manier leren om (voor)oordelen van divers allooi op te schorten en open te staan voor nieuwe leeservaringen. En dat lijkt me wel een aardige doelstelling om met ze na te streven. An De Vos

04 mei 2007

Leeslijstjes

Beste Readcommers, Ik maak even gebruik van de blog om jullie volgende oproep door te spelen. Stuur gerust door naar leeslievende kennissen en vrienden, veel groeten & een prettig weekend Frederika Leeslijstjes, iedereen kwam er al wel eens mee in aanraking. Als leerling, als leerkracht, als bibliotheekmedewerker, als ouder… En vaak zijn die leeslijstjes niet zo bevorderlijk voor het leesenthousiasme. Aftandse en eindeloos gekopieerde velletjes waarop auteurs prijken die al lang tussen de plooien van literatuurgeschiedenis zijn gevallen. Namen waar liefhebbers van het betere boek stuk voor stuk op afknappen. Kortom, de befaamde leeslijstjes zijn niet altijd het vertrekpunt voor leesplezier. En toch blijven ze generatie na generatie opduiken. Zo worden de leeslijstjes een stuk van ons erfgoed. Op de Dagen van de Literatuureducatie in november worden leeslijstjes op een ludieke en tegelijk kritische manier in de kijker gezet. En daarvoor hebben we véél leeslijstjes nodig. Oude, nieuwe, vergeelde, opmerkelijke, onleesbare, vooruitstrevende… alles is goed. Duik in je archief en vis de leeslijstjes uit jouw schooltijd op. Staat er een leerling aan de balie met een leeslijstje waar je haar rechtop van gaat staan, maak er een kopietje van. Of slaag jij er als leerkracht in om wél met uitdagende leeslijstjes aan de slag te gaan? Des te beter! Stuur jouw leeslijstje voor 1/07/2007 naar Lamot Erfgoedcentrum, Van Beethovenstraat 8/10, 2800 Mechelen. Openingsuren: elke dag (ook weekend), behalve maandag, van 10u-12u en van 13u-17u Vermeld erbij waar het vandaan komt, wie het heeft opgesteld, uit welke tijd het dateert… De twee meest opmerkelijke leeslijstjes belonen we met een literair geïnspireerde waardebon van 100 euro.

27 april 2007

Namen in Tirza

Namen. Het is geen onbelangrijk gegeven in Grunbergs Tirza. Zo ontzegt hoofdpersonage Jörgen Hofmeester een aantal mensen het recht om bij naam genoemd te worden. De bovenverdieping wordt ingenomen door ‘de huurder’, die geen naam mag hebben omdat hij anders te menselijk wordt. Hij moet een categorie blijven, anders valt het Hofmeester te moeilijk om hem te behandelen zoals dat hoort met een huurder (je probeert er zo veel mogelijk geld uit te slaan). Wanneer zijn oudste dochter deze huurder bij naam noemt (‘Andreas’) en ook anderszins intiem met hem wordt, drijft dit hem dan ook tot razernij. En dan is er natuurlijk ook nog ‘de echtgenote’, ook wel ‘de mama’ zij wiens naam nooit genoemd wordt. Ook zij blijft een categorie. Noch huurder, noch echtgenote blijven echter trouw aan het rolletje dat ze horen te spelen. De huurder gaat naar bed met de oudste dochter, de echtgenote en moeder laat haar man en dochters in de steek. Het helpt geen zier, zo blijkt, het, namen afpakken. Ook het vriendje van Tirsa, Choukri, wil Hofmeester niet bij naam noemen. Zelfs de categorie’ het vriendje is kennelijk nog te goed voor hem. Dan maar Mohammed Atta. Dat moordt handiger. Maar er is nog meer te vertellen over namen. Zo staat, op de avond van Tirza’s feestje, om onduidelijke redenen een meisje op de stoep, geen vriendin van Tirza, geen cadeau in de hand. Ze heet Ester, ‘zonder h’, benadrukt ze. Net zoals Tirza, overigens, die eveneens dezelfde letter in haar naam mist . Maar,er blijken nog meer gelijkenissen te zijn tussen beiden. Esther is Aramees voor Ishtar. Ishtar zonder h, een bijna perfect anagram voor Tirza. Ester blijkt één van de betekenissen van haar naam (het verborgene, of, ik zal mij verbergen) waardig te zijn. Ze doet niet mee met feest, maar brengt liever de avond in het tuinschuurtje door. Maar haar verdwijntruc slaagt niet: Hofmeester vindt haar terug, en neemt haar daar zoals het hoort volgens hem: als een beest. Ook naamgenootje Tirza oefent ook in het zich verbergen. Het duurt heel erg lang eer ze opduikt op haar eigen feest, want ze is haar vriendje gaan ophalen. De ongeruste vader krijgt alleen contact met de voice mail van haar GSM. Een tweede poging om met Choukri te ‘verdwijnen’ zal Hofmeester verijdelen. Net voor ze met hem naar Namibië wil vertrekken, vermoordt hij beiden en begraaft hen in de tuin van zijn ouderlijk huis. Na de dood van Tirza, rest hem alleen nog zelf te verdwijnen. Zijn eigen reis naar Afrika, onder het mom van een zoektocht naar de verdwenen Tirza, moet hem daarbij helpen. Maar als enige in het gezin Hofmeester (de echtgenoten Ibi, Tirza, ja zelfs het het Hedge Fund als derde kind inbegrepen) blijkt hij hier geen talent voor te hebben. Een Afrikaans meisje met de Finse! naam Kaisa (een nieuwe Tirza?) speelt hier een grote rol in. Hij laat haar pas in de steek wanneer hij telefoon krijgt van de echtegenote dat Tirza’s lijk gevonden is. Eén van de laatste zinnen van het boek luidt, veelbetekend: “Ze is gevonden. Gevonden is ze. Tirza. Die naam alleen al. Dat woord. Tirza. An De Vos

26 april 2007

Tirza

Ik ga vanavond de vreemde eend in de bijt spelen, want ik heb Tirza van pure misérie op p. 293 opgegeven. Mijn geduld was op. Mijn ergernis te groot. Het begon al bij de cover van het boek… Moet dat nu steeds zo seksistisch? Is dit een reclametruc om meer te verkopen? Seks sells? Jullie positieve argumenten over deze roman op de blog vormden bij mij punten van ergernis. Maar misschien is ergernis en frustratie uitlokken tot bij de lezer thuis wel Grunbergs bedoeling geweest? Qua vorm en opbouw heb ik niet veel aan te merken. Tijdens het lezen van deel I van het boek was ik ontzettend blij dat dit geen kopie van ‘Blauwe maandagen’ was. Hofmeesters karakter wist me toen zelfs nog te boeien. Ik herkende mezelf ergens wel in zijn onbeholpenheid om de wereld aan te kunnen. Maar Hofmeester is ook een grote loser en dat maakte me kwaad. Waarom zet hij die ‘echtgenote’ niet gewoon buiten. Waarom blijft hij vaak zo stoïcijns kalm en probeert hij ‘onaangename situaties’ te vermijden? Heel het eerste en tweede deel zat ik met de frustratie van ‘Doe toch eens iets!’ Wat me ook enorm geërgerd heeft in deze roman is het vrouwbeeld dat Grunberg naar voren schuift. Zo negatief, zo beschuldigend, zo seksgericht. o De echtgenote komt terug als een verwelkte en afgedankte bloem die alleen nog maar als doel heeft het ‘beest’ in haar te bevredigen. o Ester is een zielig hoopje tienerellende, dat zich maar laat ‘pakken’ door oudere zielige venten. o Ibi is een ‘minderwaardige’ dochter die sekst met de bovenbuur om zichzelf een stel grotere borsten te kunnen aanschaffen. o En Tirza wordt vergoddelijkt als een zonnegodin, maar heeft wel een eetprobleem. Wat ik wel mooi naar voren vond komen, was het feit dat Hofmeester zeer intellectueel is (redacteur buitenlandse fictie, leest Russische romans, volgt de actualiteit…) , maar dat hij toch ,ondanks dat, de wereld niet aan kan. Op sociaal gebied valt hij totaal uit. En tot slot heb ik nog enkele rake citaten die me toch wel zijn opgevallen / bijgebleven: o P 59: “Geluk schiet je pas achteraf te binnen.” o P 137-138: In het voorbijgaan mompelde hij beleefd: ‘Goedenavond’, al twijfelde hij er nog steeds niet aan dat de Afghaan, net als die soortgenoten van hem, het paard van Troye was dat ze hadden binnengehaald. Hopelijk kunnen jullie mij vanavond overtuigen om het einde van Tirza toch nog te doorworstelen. Tot straks, An Paeps

25 april 2007

Arnon rules

Vrienden lezers,

Hieronder mijn verslagje van Tirza.

Tot vanavond (maar ik bedoel morgenavond want ik schrijf dit gisteren).

Jan

- Het beste boek van het jaar, echt tamelijk ongelooflijk. (Is trouwens het eerste boek van Grunberg waar ik verder dan 100 pagina’s in kom, en waarvan ik echt het gevoel had dat het ergens over ging.) - Stijl, opbouw, plot, karakters: alles is perfect aan dit boek.Het eerste deel las ik langzaam, genietend van de stijl en het beschrijvend talent van G. Elk detail zit juist, elke zin in elke dialoog is juist. Én verrassend, én relevant, én diepgaand, én vlijmscherp, én meedogenloos, én grappig. En het geheel schept heel hoge verwachtingen voor de volgende delen. Die verwachtingen worden méér dan ingelost in deel twee, dat ik al veel sneller las, benieuwd naar wat zou komen en – toegegeven – licht opgewonden. De spanning steeg. En deel drie heb op een ochtend heel vroeg in één ruk uitgelezen, totaal opgewonden en verbluft. Ik neem me voor om deel twee en deel drie heel gauw opnieuw te lezen, om op te pikken wat ik daar na een eerste lectuur gemist heb. - Het personage van Hofmeester is zeer geloofwaardig, en wordt zo hard en toch vol mededogen beschreven. Je walgt bij momenten van die man, en het liefst zou je hem opgesloten zien, en op andere momenten heb je echt met hem te doen. Zeker als hij aan het kleine Afrikaanse meisje vertelt wat hij écht gedaan heeft in het huis van oma en opa. ‘Misselijk van liefde,’ zo staat het op het achterflap: beter kun je het niet zeggen – en dat geldt al zeker voor iemand die zich in alle andere facetten van het leven totaal overbodig en nutteloos, ja zelfs uitgespuwd voelt. En je kan echt begrijpen dat zo iemand gek wordt van liefde, en daarna, als hij de ultieme daad van liefde gesteld heeft, het liefst van al totaal wil verdwijnen. - (Waarom hij dan uiteindelijk toch naar Nederland en zijn echtgenote en de pers etc. terugvliegt, daar moet ik nog even over nadenken.) - Een paar geweldige vondsten in de plot: de terugkeer van de echtgenote, ‘want ze kan nergens anders meer naartoe.’ ‘En jij ook niet, Jorgen’. Prangende scènes, die zoveel verder gaan dan de clichés van het uitgeputte echtpaar tussen liefde en haat dat elkaar nog tot een soort van zelfdestructieve seks uitdaagt. De seks van Ibi en de huurder op de tafel. De seks van de Hofmeester en het klasgenootje van Tirza in het tuinhuis (weer beschreven met dat mengsel van wreedheid en mededogen), veel seks, jawel – cf. het motto van het boek: A couple is a conspiracy in search of crime. Sex is often the closest they can get. - De aandacht voor de nevenpersonages: het klasgenootje dat zich totaal ongeliefd voelt en op de emmer in het tuinhuis zit; Choukri (‘Mohammed Atta’), de ouders van J.H. die de deur niet meer open deden, het Afrikaanse meisje, - De motieven: de zonnekoningin, de cello, de sushi, de drank (Italiaanse gewürtztraminer), de ipod, het mobieltje et de boodschap, de boomzaag, de aktetas, de potloodslijper, het hedge fund, Mohammed Atta, - Post 9/11? Of course. Maar niet op een voor de hand liggende manier. Het gaat over wat de weldenkende burger vaak omschrijft als het sluipend gif: de ondermijning van de gevestigde waarden, de bandeloze vrijheid, de culturele vermenging (lees: verbastering, bezoedeling – ’t is geen toeval dat de oudste dochter van H. door een mof wordt gepakt, en de jongste door een Afrikaan: bedreiging uit het verleden en uit het heden), angst, verwarring en vertwijfeling.

- enzovoort!

PS. Citaten zal ik niet kunnen voorlezen vanavond (morgenavond), want ik heb het boek - onder dwang! - uitgeleend aan iemand die ab-so-luut nu meteen heute vandaag subiet godverdomme wilde lezen. Maar ik kan wel (samen met Danny) iets vertellen over de leesgroep die we volgend schooljaar gaan opstarten.

Jan

commentaar in puntjes bij Tirza

TIRZA

- Een boek dat bepaalde herkenbare gevoelens (zich wel eens ongemakkelijk voelen, (te) veel emoties voor iemand hebben, rationeel iets aanpakken, controle als vlucht voor emoties, een ontgoocheling reduceren en omzetten in iets anders, mensen die zich vooral herleiden tot een rol (moeder of vader zijn)….) uitvergroot tot het (autistische) uiterste.

- Hoofdpersoon is soms vergelijkbaar (maar minder extreem) met de autistische jongen bij Haddon

- Qua opbouw erg knap (alles draait rond het feestje en dan de ‘twist’ op het einde met de moorden alhoewel die wreedheid bij hem er altijd al was); enkel het begin van het derde deel vond ik te lang. Mooi is bijvoorbeeld ook dat hij naar Schiphol gaat als ‘job’ en dan uiteindelijk ook echt op reis gaat, de Tolstoi-referenties over kunst en het leven…. Een vakman

- Dit is geen crossover-boek

- Stilistisch erg mooi, alhoewel erg gewoon en sober; soms metaforische uitspattingen die erg knap zijn

- Freudiaanse interpretatie ligt zo voor de hand (het omgekeerde electracomplex, de anale persoonlijkheid) maar zonder dat het overdreven is.

- Geen leuk mensbeeld :het beest in ons (de moord, seks met het meisje tijdens het feestje, de verkrachting-achtige spelletjes met zijn vrouw, vlucht voor intimiteit (de Ghanese ‘een beurt geven’, het ontmenselijken van anderen (bv. de huurder, de jongens als passanten) en toch laten meeleven met zieligheid van Jorgen, zelfs begrip laten opbrengen

- Het leven is miserie troef als je ouder wordt (vrouw heeft niemand meer om naar toe te gaan dus komt ze maar terug, alhoewel er misschien toch nog wel iets is bij haar, zie het einde van het boek) alhoewel er kleine lichtpuntjes kunnen zijn.

- Huiveringwekkend indrukwekkende leeservaring van een meester

Tot donderdag (morgen of vandaag)

Rudi

23 april 2007

portalegre!

En dan hier alvast een paar foto's van in Portugal! Je ziet: onze Belgische fair-stand, our Turkish and Polish friends, een uitzicht vanop het kasteel in het bergstadje Marvao en wij in de zon! Tot donderdag met meer van dit en vooral met heeeel veel Tirza! Christina

lekker dessert

Nog één laatste hoofdstuk te gaan. En dan, jammer, maar helaas, moet ik Tirza dicht klappen. Wat een wervelende en vaak adembenemende leeservaring! Ik kijk al heel erg uit naar de bespreking ervan donderdag. Zo fijn, dat na het lezen van het boek je nog zicht heb op een lekker dessert.

20 februari 2007

readcom blogspot kan van start gaan!

Bij deze is de blogspot klaar voor gebruik. Veel succes!