26 november 2007
fragmenten (christina)
25 november 2007
Citaten uit Mevrouw Verona...Uit Mevrouw Verona daalt de heuvel af’ (Annemie)
Dimitri Verhulst - citaten gekozen door Marleen
Alle kossems, villegiaturen, vergauweloosden en kokkerullende meisjes ten spijt, heb ik gekozen voor twee eenvoudiger citaten:
Er was hun huis, en er was Oucwègne. Vol dorpelingen die ze niet kenden en die hermetisch durfden te leven volgens de vertellingen van stedelingen. Een sprong in het duister zou het worden. ‘Hier zou ik kunnen sterven’ zei ze, en Meneer Pottenbakker stak een sigaret op voor dat raam, liet zijn blik rusten op een myriade eeuwenoude bomen met basten die hem nog onbekende insecten een winterwoning boden. ‘Ik zou het denken’, had hij geantwoord. ‘Hier kun je ongelukkig zijn. We zouden gek zijn dit huis niet te nemen.’ p 20
‘Er is geen soepbeen, jongen, waarheen jij mij volgt.’ Maar dat leek hem niet te deren. ‘Eigenlijk zouden we eerst nog een goede woning voor jou moeten vinden.’ Ze had willen uitgaan als een licht, rustig, en zonder effecten. En nu drong het tot haar door dat simpel sterven keihard werken is, en dat er nog veel gevraagd zou worden van haar eer deze sneeuw gesmolten was, de rivieren voorjaarsachtig waamden en de vroegelingen onwetend het eeuwige leven uitschreeuwden. p 71
Uit Mevrouw Verona daalt de heuvel af, zoals je kan zien. Al heb ik eigenlijk meer genoten van De helaasheid der dingen, maar het is al wat langer geleden dat ik dat gelezen heb en dus vond ik het net iets moeilijker om daar zo direct de meest treffende citaten uit op te vissen.
Tot morgen, Marleen
Citaten en comments van Anneleen
Citaten van Belle
citaten mevrouw Verona
22 november 2007
Mevrouw Verona: het citaat van Jan
Mevrouw Verona daalt de heuvel af
Het citaat:
‘Straks zou het weer gaan sneeuwen en geen slee zou voren trekken in het wit. Zij keek een laatste maal het bos in, en zag hoe het zich na haar geliefde weer had zien te schikken naar zijn eigen smaak. De oorlogen tussen de mossen en de schorsen werden sedert jaren weer openlijk bedreven, de iepen stierven staande en wortels woelden in colère de wereld om. Vastbesloten te revancheren, de planeet opnieuw te regeren, zijn chaos te installeren waarin niemand maar een logica kon zien, was het bos begonnen met woekeren. En het was prachtig. De mens: ze hadden hem nooit uit het water mogen laten kruipen. Misschien was het een gunst van haar hersens die haar toestonden dat laatste nog te denken alvorens zelf te sterven.’ (p. 33)
Maandag zal ik met veel plezier wat uitleg verstrekken bij mijn keuze, zittend of staande, in colère of in rust, alnaargelang, en niet helemaal onafhankelijk van de hoeveelheid spiritueuze stoffen die mijn hersenactiviteit op dat uur van de avond bevorderen hetzij afremmen, godver, ik ben hier aan een zin begonnen waar ik niet uit geraak geloof ik, ik geraak erin verstrikt gelijk in de wortels van een uit de kluiten gewassen iep - Kleine, haal boven eens mijn tanden, dat ik die mensen hier een beetje deftige uitleg kan geven!
Tot dan,
Jan